In oktober 2018 ontdekte de douane 21 pallets met daarop in plastic verpakte dozen in de loods. In die dozen zaten ruim 6,9 miljoen sigaretten waarover geen accijnzen betaald waren. De bejaarde man was eigenaar van de loods en verhuurde deze in delen voor opslag of stalling van diverse goederen.
De man kende de personen die de pallets kwamen afleveren niet en heeft destijds ook niet gevraagd naar een identiteitsbewijs. Hij is ervan uitgegaan dat de personen bij het bedrijf werkten dat een huurovereenkomst met hem had gesloten voor de huur van een deel van de loods. De huurovereenkomst die aan de man tijdens de aflevering was overhandigd, bleek later echter vals. De vertegenwoordiger van het bedrijf dat als huurder op de overeenkomst stond vermeld, wist niets van de overeenkomst en had nooit een handtekening gezet.
Niet op de hoogte van inhoud
De man verklaarde dat hij niet wist dat er sigaretten in de dozen zaten en was dan ook verrast door de ontdekking van de douane. Hij dacht dat het om kleding ging die naar Afrika zou gaan. Omdat de dozen bij aflevering omwikkeld waren met plastic, was het voor hem niet duidelijk wat er in zat.
In hoger beroep alsnog vrijspraak
Op grond van de tenlastelegging moest bewezen worden dat de man opzettelijk de illegale sigaretten voorhanden had waarvoor geen accijns was afgedragen. Dat acht het hof niet wettig en overtuigend bewezen. Weliswaar rekent het hof het de man aan dat hij uitermate lichtzinnig heeft gehandeld door niet om een identiteitsbewijs te vragen en niet te controleren of degene die een deel van de loods huurde ook degene was die daadwerkelijk de huurder was. Ook was er cash betaald maar onduidelijk was door wie. Daarnaast had hij ook de inhoud van de dozen niet gecontroleerd.
Dit handelen van de man acht het gerechtshof echter niet genoeg om hem te veroordelen voor het opzettelijk voorhanden hebben van de sigaretten waarvoor geen accijns is afgedragen. Het hof spreekt hem daarom vrij.