Verdachte opgepakt na vluchtpoging
Het Openbaar Ministerie verdenkt zes Nederlanders van betrokkenheid bij plofkraken in Duitsland. De verdachten, uit Utrecht en Den Bosch, zouden vanuit Nederland naar Duitsland rijden om daar een plofkraak te plegen en vervolgens met hoge snelheid weer naar Nederland te rijden. De zaken van de zes verdachten zijn in februari inhoudelijk behandeld. Een 22-jarige man was niet bij de behandeling aanwezig. Hij was op dat moment geschorst van zijn voorlopige hechtenis en besloot in augustus vorig jaar te vluchten. Hiermee heeft hij zijn schorsingsvoorwaarden overtreden. Hij stond sindsdien gesignaleerd. Vorige week werd de man opgemerkt en na een lange politie-achtervolging gepakt.
Heropening onderzoek
Deze man heeft bij de politie belastend verklaard over de andere verdachten. Daarom hadden de advocaten van de andere verdachten gevraagd om de 22-jarige man te horen als getuige. De rechtbank heeft dit toegestaan, maar dit is niet gebeurd omdat de man onvindbaar was en zich niet meldde voor de inhoudelijke behandeling. Nu de man alsnog is opgepakt, kan de rechtbank niet anders dan het onderzoek te heropenen om hem alsnog te horen. Dat betekent dat de rechtbank morgen, vrijdag 31 maart, geen uitspraak zal doen in de zaak van de zes verdachten. In plaats daarvan is de rechtbank voornemens om vrijdag 31 maart de 22-jarige man te horen als getuige in de zaken van de andere verdachten. De rechtbank realiseert zich dat de verdachten hadden gehoopt op een afronding van de zaak, maar het onderzoek is met het niet horen van de man onvolledig geweest.
Het is nog niet duidelijk wanneer de rechtbank opnieuw het onderzoek zal sluiten en uitspraak zal doen in dit onderzoek.