DEN BOSCH - Het Openbaar Ministerie (OM) heeft strafbeschikkingen opgelegd aan twee Nederlandse bedrijven en haar bestuurder van in totaal ruim 2,6 miljoen euro in een strafrechtelijk onderzoek naar het medeplegen van valsheid in geschrift en witwassen. Aan elk van de bedrijven uit Den Bosch is een strafbeschikking van ruim 1 miljoen euro opgelegd. Het gaat om een bedrijf dat handelde in farmaceutische producten en om een beheersmaatschappij. Aan de 75-jarige bestuurder van de bedrijven is een boete van vijf ton euro opgelegd.
Dubieuze handelsconstructie
Er was sprake van een dubieuze handelsconstructie waarbij het farmaceutische bedrijf bij de Nederlandse belastingdienst aangaf ‘commissie’ te ontvangen als handelsagent, terwijl het blanco facturen op eigen briefpapier ter beschikking stelde, vooraf voorzien van een handtekening. Daarnaast stelden zij handelscontracten op waaruit zou moeten blijken dat het bedrijf voor eigen rekening en risico inkocht bij bedrijven in de Verenigde Arabische Emiraten (VEA) en (als distributeur en niet als handelsagent) verkocht aan Oekraïense bedrijven. Hierdoor werd een papieren werkelijkheid gecreëerd die het mogelijk maakte om geldbedragen van de bedrijven in de Oekraïne naar die in de VAE te verplaatsen via de bankrekeningen van het Nederlandse bedrijf als ogenschijnlijk legale tussenschakel.
Het financiële voordeel voor het farmaceutische bedrijf uit Den Bosch lag tussen de anderhalf en drieënhalf procent opslag (aangegeven als ‘commissie’) op de door haar omgeleide geldstroom voor de door haar (op papier) ‘ingekochte’ goederen.
Passende afdoening
Het OM is van mening dat deze strafbeschikkingen een passende afdoening zijn. De hoogte van de geldboetes aan de bedrijven is gebaseerd op het totale bedrag aan wederrechtelijk verkregen voordeel als gevolg van de ontvangen ‘commissie’.
Daarnaast is aan de bestuurder een hoge geldboete opgelegd. Het OM heeft gekozen voor een strafbeschikking vanwege de hogere leeftijd en de persoonlijke omstandigheden van de bestuurder, de omstandigheid dat de bedrijfsactiviteiten van de rechtspersonen op eigen initiatief zijn gestaakt en door de bestuurder volledige medewerking is verleend aan het strafrechtelijk onderzoek.