De verdachte ging in april jl. samen met een onbekend gebleven medeverdachte naar de woning in Gemonde. De medeverdachte belde daar vermomd als pakketbezorger aan. Op het moment dat het slachtoffer de deur opendeed, sloegen de verdachten met een vuurwapen (of een voorwerp dat daarop lijkt) tegen haar hoofd, bedreigden haar en sleurden haar naar de slaapkamer op de bovenverdieping.
In de slaapkamer zette de verdachte zijn wapen op het hoofd van het slachtoffer, laadde het wapen door en dreigde haar neer te schieten als ze niet zou zeggen waar waardevolle spullen lagen. Daarna bond hij de polsen en de enkels van het slachtoffer bij elkaar met tape en plakte haar mond en ogen dicht. Ze werd uiteindelijk gedwongen om op de bank in de woonkamer te gaan liggen en zou worden neergeschoten als ze weg zou gaan. De verdachten gingen er vandoor met sieraden, een contant geldbedrag, een laptop, een spelcomputer, tassen, kleding en flessen parfum.
Zwaardere straf
Bij het bepalen van de straf houdt de rechtbank er rekening mee dat de overval een bijzonder beangstigende en traumatische ervaring was voor het slachtoffer. Ze durft sindsdien niet meer alleen thuis te blijven, voelt zich onveilig op straat, mijdt sociale contacten en is bang de daders van de overval tegen te komen.
Volgens de rechtbank had de verdachte een ondergeschikte en kleinere rol dan die van zijn medeverdachte. De ander gaf hem instructies en gebruikte fysiek geweld. Toch had ook de verdachte een belangrijke rol. Hij bleef namelijk bij het slachtoffer in de slaapkamer, bedreigde haar en bond haar polsen en enkels vast en plakte haar mond en ogen dicht. De verdachte zocht ook zelf naar spullen en nam deze mee. De officier van justitie eiste een deels voorwaardelijke celstraf van 4 jaar. De rechtbank legt echter een geheel onvoorwaardelijke gevangenisstraf op, gelet op de ernst van het delict en de rol van de verdachte daarin. Ook moet de verdachte een schadevergoeding van 12.710,07 euro betalen aan het slachtoffer.